Bolivia

Vanuit San Pedro de Atacama in Chili willen we over de zoutmeren naar Uyuní in Bolivia reizen. In drie dagen leggen we per 4WD-jeep circa duizend kilometer af door het meest ruige ontoegankelijke deel van de Altiplano. Als we de verhalen mogen geloven is de omgeving zeer mooi. Gestolde lavastromen, prachtige vulkanen, grillige rotsen, warmwaterbronnen, gekleurde meren en eindeloze surrealistische zand- en zoutvlakten. Ondanks het klimaat en de schaarse vegetatie zijn er toch veel dieren te zien bijvoorbeeld viscacha's (knaagdiersoort die eruit ziet als een konijn met een lange staart), valken, verschillende soorten flamingo's, lama's, vicuña's en nandoe's (familie van de struisvogel).

Na aankomst in Salar de Uyuni gaat de reis per bus door naar Potosi. Potosí, de op 4070 meter hoogst gelegen stad in Bolivia, ligt aan de voet van de Cerro Rico (= de 'rijke berg'). In 1545 ontdekte de Spanjaarden de enorme hoeveelheid zilver in de berg waarmee de 300 jaar lange exploitatie van de mijnwerkers, indíginas en negerslaven begon. Hun barbaarse werkomstandigheden leidden tot de dood van zes miljoen mijnwerkers.

Op dit moment werken er nog steeds tienduizenden mijnwerkers in de vele mijncoöperaties. De mijnen kunnen bezocht worden om een indruk te krijgen van de vaak barre omstandigheden waarin mijnwerkers leven en werken. Bij een bezoek wel wat meenemen voor de mijnwerkers ( cocabladeren, sigaretten of een flesje 96% alcohol). Vooral het kauwen op de cocabladeren, dat de hele dag maar doorgaat, draagt ertoe bij dat zij het zware werk onder de grond langer volhouden.

De vroegere Spaanse rijkdom laat zich in Potosí zien in talrijke kerken, kathedralen, kloosters en koloniale huizen die vaak in de kleur terracotta zijn opgetrokken als eerbetoon aan de kleur van de Cerro Rico. In 1987 plaatste UNESCO de stad op de Werelderfgoedlijst.

Even buiten de stad liggen de warmwaterbaden Tarapaya, lekker om hierin te baden. En daarna 's avonds in de stad in een van de vele restaurantjes het lama- of alpacavlees te proeven met de lokale drank Chuflay.

Van Potosi reizen we door naar Sucre. Sucre is de officiële hoofdstad van Bolivia, in 1825 werd in deze stad in het Casa de la Libertad, Huis van de vrijheid, de onafhankelijkheid uitgeroepen door de belangrijkste vrijheidsstrijders van Latijns-Amerika, Simón Bolívar en Antonio José de Sucre. Beiden waren de eerste presidenten van Bolivia.

Vanwege de prachtig geconserveerde voornamelijk witte koloniale gebouwen en kerken staat Sucre op de Unesco Werelderfgoedlijst. Het belangriijkste plein van de stad is Plaza de Armas. Een paar blokken vanaf dit centrale plein ligt het kleinschalige textielmuseum Asur en iets verder het klooster La Recoleta met zijn prachtige schilderijen van de Cusqueense school. Het klooster telt een paar mooie patio's waarop de 1400 jaar oude cederboom staat. Vanaf het plein, tegenover La Recoleta, zie je hoe de Spaanse planologen de stad keurig in kwadranten hebben ingedeeld.

In twee uur kun je met de bus naar het op 3300 meter hoogte gelegen dorpje Tarabuco rijden, dat bekend staat om zijn weefkunst. Als we hier op zondag zijn kunnen we naar de zondagsmartk hier om te kijken naar
de bijzondere kleding van de Tarabuqueños en hun wel zeer bijzondere hoofddeksels. De mannen dragen een zogenaamde montero (Spaanse helm) waarin je nog duidelijk de invloeden van de Spaanse kolonisator kunt herkennen.

De indiaanse textielbewerkers uit de omgeving komen op de markt bijeen om de handgeweven kleden te verkopen. Deze mannen zijn groter en sterker dan de gemiddelde indianen. Ten tijde van het Inca-imperium werden de Tarabuqueños naar de grenzen van het uitdijende imperium verplaatst om het rijk te verdedigen tegen aanvallen van de Guarani's. De afstammelingen van deze 'sterke' mannen wonen in Tarabuco en omgeving.

Mochten we ons verder nog vervelen dan kunnen we een gaan wandelen in de omgeving van Potólo door het bergachtige landschap dat door de verscheidenheid aan mineralen diverse kleuren aanneemt.

Vanuit Sucre reizen we door naar La Paz.
De lange busreis naar La Paz van ongeveer twaalf uur gaat over de Altiplano, wat letterlijk hoogvlakte betekent. De hoogvlakte ligt tussen twee opgesplitste bergketens van de Andes die halverwege Chili weer bij elkaar komen. La Paz ligt op 4000 meter hoogte in een steile kloof omgeven door Andestoppen.

In La Paz kunnen we een stadswandeling maken en verder zijn er veel musea waaronder het coca-museum, verschillende pleinen waar je de bolhoedjes en hoepeljurken kunt gadeslaan en ook veel straatmarkten bijvoorbeeld de heksenmarkt: een straatje waar naast de gebreide mutsen met lamamotief, truien van lamawol, lamakleedjes en andere souvenirs ook lamafoetussen en andere bizarre bijgeloofattributen worden verkocht.

Verder kun je vanuit La Paz naar de hoogst gelegen skipiste ter wereld, Chacaltaya. Op 5200 meter hoogte heb je een weids uitzicht op de Altiplano, het Titicacameer en de Cordillera Real (koninklijke bergketen) met pieken van boven de 6000 meter.

Vanuit La Paz reizen we door naar het in Peru gelegen Puno dat aan het Titicacameer ligt. Puno is uitvalsbasis voor tochten naar de eilanden in het meer. Lees verder bij Peru.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Route:

Salar de Uyuni

Potosi

Sucre

La Paz

Informatie over Bolivia

  • Hoofdstad: Sucre
  • Bevolking: 9 miljoen
  • Tijd: 5 uur vroeger dan in Nederland.
  • Totaal oppervlak aan land:1098580 km2
  • Taal: Spaans
  • Munteenheid: Bolivianos (1 euro= 9.8 bolivianos).
  • Begroeten: Buenos dias.
  • Visum: Nee
  • Arjen en Froukje in Bolivia: oktober 2005.